Over ons - Voorbeelden uit de praktijk

Ik zie ik zie wat jij niet ziet

We weten het vaak zo zeker. We zien het toch met onze eigen ogen?

Die kinderen zien er armoedig gekleed uit, het is een rommeltje in het huis en hoe kunnen ze nou met z’n vieren in dat kleine hokje wonen? Buurvrouw Thea is er helder over. Het dochtertje loopt in de winter op ballerinaschoentjes en beide ouders hebben geen baan. Iets klopt er niet aan dat gezin. En nu is er ook nog dagelijks herrie bijgekomen. Alsof die man aan het klussen was.

Als buurtbemiddelaars kom je ‘achter de voordeur’  zoals dat heet. De klacht is geluidsoverlast. Maar, met alle zorgen van buurvrouw Thea, zijn de voelsprieten ook alert op signalen die de vermoedens van Thea zouden kunnen staven.

George, Hinde en hun kinderen Lola en Siem geven niet zoveel om uiterlijkheden. Warmte en gezelligheid met elkaar vinden ze belangrijker. De kinderen laten meteen hun zelfgemaakte schilderijtjes zien aan de bemiddelaars. George kijkt vanachter zijn tekentafel vrolijk toe. De stapel wasgoed wordt met een zwaai opzij geschoven zodat de bemiddelaars op de bank kunnen plaats nemen. In de hoek staat een decorstuk van spaanplaat, half afgetimmerd.

George is schilder en rekwisietenbouwer. Hij werkt op dit moment voor een toneelgezelschap aan hun nieuwste productie. Hinde maakt theaterkleding. Het huis is werkplaats, speelplek en thuis tegelijkertijd. Behoefte aan wat groters hebben ze nog niet. Het gaat prima zo.

Er blijkt hier weinig reden tot zorgen. Een andere manier van leven, andere prioriteiten en een andere visie. Veel meer is er niet aan de hand. In een andere situatie kan het ernstiger zijn. In zo’n geval worden de zorgen aan de coördinator doorgegeven voor verdere actie. De bemiddelaars richten zich op de genoemde geluidsoverlast.

Thea, de buurrouw, ziet echter armoedige kleding, rommel in het huis en merkt dat niemand ’s ochtends naar het werk gaat. Haar alarmlichten staan op rood. George en Hinde zien hun leven, hun werk en de opvoeding op heel anders.

Het gesprek tussen buurvrouw Thea en haar buren George en Hinde verloopt verrassend voor buurvrouw Thea. Eenmaal duidelijk dat de kinderen een goed en veilig thuis hebben en begrip dat George een ‘echte werkende ambachtsman’ is, kan Thea overgaan tot het mee zoeken naar oplossingen die voor iedereen werkbaar zijn. Werktijden met herrie worden afgesproken en glimlachen uitgewisseld.

In dit geval is de blik van Thea veranderd. Haar mening blijft hetzelfde, maar de invulling is milder. Ze ziet nu wat ze eerder niet zag. Ook George en Hinde krijgen dankzij Thea een kijkje in hun leven via Thea’s ogen en snappen dat onverwachts getimmer en gezaag overlast voor een ander kan betekenen.