Een vrolijk stadsdeel dat kan knetteren

Een interview met Maarten Poorter, stadsdeelvoorzitter Amsterdam Oost

Maarten Poorter is de voorzitter van het dagelijks bestuur in stadsdeel Oost. Sinds 2010 was Maarten gemeenteraadslid in Amsterdam voor de PvdA. In 2018 werd hij stadsdeelbestuurder.

Rode draad door zijn carrière is burgerparticipatie. En dan niet alleen op papier. Het bestuur dichter bij de burger betekent voor Maarten: tussen de mensen, bij de mensen, met de mensen.

Maarten kiest ervoor om medezeggenschap van de burgers te stimuleren via vele verschillende projecten waarbij bewoners uitgenodigd worden om mee te praten en te werken aan hun eigen buurt. Stadsdeel Oost heeft hierin al een lange traditie die Maarten met overtuiging verder invult: ideeën en visies van de mensen beluisteren, bespreken en samen vorm geven binnen de kaders die mogelijk zijn. Je vindt Maarten dan ook regelmatig in de wijk, informeel, actief in gesprek met bewoners

Hij noemt enthousiast enkele projecten uit de buurt.

Buurman voor één dag is zo’n initiatief. Onder deze naam bezocht Maarten groepen en verenigingen om kennis te maken. Op deze manier heeft hij veel inzichten opgedaan en een stevig netwerk onder de bewoners van Oost kunnen opbouwen.

De Gouden Enveloppen werden verloot in een straatvernieuwingsproject in de Tilanusstraat. Winnaars konden meepraten over de nieuwe inrichting van hun straat. Men is nu hard bezig om de straat opnieuw in te richten. Volgens de wensen van de bewoners wordt er gewerkt aan vergroening en meer fietsparkeerplekken

Nog een mooi project werd uitgevoerd in Jeugdland, een groot speel- en bouwterrein voor kinderen. Hier werd ware kinderparticipatie toegepast. Verschillende wensen en voorstellen kregen vorm in een avontuurlijk natuurspeelpark met workshops over natuur, cultuur, techniek en wetenschap. Het favoriete huttendorp, waar met houtresten hele kastelen worden gebouwd, bleef uiteraard gehandhaafd.

Uit deze voorbeelden blijkt een uitgangspunt van Maarten over burgerparticipatie: hoe concreter, hoe beter. Door in een overzichtelijke tijd actief met mensen samen te werken en plannen uit te voeren blijft duidelijk waar het allemaal om draait. Samen werken aan je eigen buurt.

Het kan ook knetteren

Natuurlijk is Oost niet alleen een paradijselijk vertoeven. Maarten noemt het “een vrolijk stadsdeel waar veel goed gaat, maar het kan ook wel knetteren.”

De diversiteit is er groot en er zijn een aantal trends te noemen waar het wel eens kan schuren.

Met name door de gentrificatie in de van oudsher financieel armere buurten. Er zijn veel nieuwe, draagkrachtiger, bewoners komen wonen. Hun verwachtingen van de buurt komen niet altijd overeen met de realiteit. Dit kan tot conflicten leiden. Vaker kiezen zij voor officiële kanalen om hun problemen aan te pakken.

Als voorbeeld noemt Maarten Betondorp. Dit werd ooit gebouwd als ‘arbeidersparadijs’. De oorspronkelijke bewoners zijn nu behoorlijk op leeftijd en zien steeds meer jonge gezinnen om zich heen.  De leefstijlen en behoeften zijn behoorlijk verschillend. Ook in de Indische buurt is veel renovatie en nieuwbouw gepleegd en zijn woningen in de verkoop gedaan. Gentrificatie, cultuurverschillen (d.w.z. jong en oud, draagkrachtig of niet, grote gezinnen en één- of tweepersoonshuishoudens e.d.) vragen om werken aan een gezonde en prettige buurtcohesie.

Een andere trend is de doelgroepenplaatsing in de sociale woningsector. Maarten noemt hier GGZ-cliënten die hun woonplek in de buurt hebben gevonden. De problemen hieromtrent zijn al vaak in de media beschreven. Wederzijdse overlast en veel onbegrip zorgen voor spanningen en soms problematisch handelen. Hiervoor is in de Dapperbuurt een project GGZ in de Wijk opgestart. Het is het tweede project in Amsterdam in deze vorm. Professionals met kennis van GGZ-problematieken, politie, gemeente, welzijnsinstellingen en – belangrijk!- ook GGZ-ervaringsdeskundigen, bewoners en ondernemers uit de wijk komen bij elkaar om kennis te ontwikkelen. Wat zijn de problemen? Hoe ga je ermee om? Wat kun je van mensen verlangen? Wat is een goede melding? Hoe goed kennen we elkaar?

Denken in oplossingen

Het investeren in kennis over elkaar en over onbegrepen gedrag en handelen verkleint de kloof en vergroot de handelsbekwaamheid om met elkaar om te gaan. Door met elkaar te zoeken naar een goede manier om problemen te kunnen aanpakken is er sinds kort een duidelijke MELDKAART GGZ samengesteld.

Deze manier van werken is niet vreemd voor Maarten.

Als eigenaar en trainer van TAQT (gestart in 2003) gaf hij al jarenlang trainingen over onderhandelen. Dit doet hij voor ondernemingsraden. De methode is echter ook terug te vinden in bijvoorbeeld buurtbemiddeling. Het zoeken naar belangen, gemeenschappelijke wensen en behoeften en een gezamenlijk plan staat hier centraal.

Twee jaar nadat Maarten zijn bedrijf TAQT was gestart, werd hij ook mede-oprichter van de minor Conflictstudies aan de Universiteit van Amsterdam.

Met verschillende disciplines vanuit o.a. de politicologie, psychologie en internationale betrekkingen werd in breder verband gekeken naar het omgaan met conflicten. Maarten kreeg carte-blanche om sprekers bij elkaar te brengen om via conflict assessments effectieve manieren in kaart te brengen die ingezet kunnen worden om tot een goede oplossingen in een conflict te komen.

Hierbij heeft hij een aantal jaar met David Laws samengewerkt. Laws bracht vanuit de Verenigde Staten zijn kennis mee over onderhandelingsstudies binnen conflictoplossing.

Maarten zit het trainen in het bloed, want hij geeft nog de interessante tip mee om het boek “Excellent onderhandelen” van Fisher, Ury en Patton eens te lezen. Uitgangspunten zijn: belangen op tafel krijgen, probleem van de mens scheiden, zoek samen creatief naar oplossingen (win-win) die voldoen aan objectieve criteria. Iets wat buurtbemiddelaars ook toepassen. Een praktisch en helder boek.

Bemiddelen

Maarten is niet alleen bekend met buurtbemiddeling, Hij is ook buurtbemiddelaar geweest! Nog steeds vers in zijn geheugen is zijn eerste bemiddeling: een zaak over geluidsoverlast. Het bleek veel voorwerk om de buren zelfs maar te kunnen spreken maar werd uiteindelijk een geslaagde bemiddeling. Naast het bemiddelen heeft Maarten goede herinneringen aan het team bemiddelaars in de Baarsjes waarmee hij samenwerkte.

Zijn nieuwe rol als gemeenteraadslid maakte het hem moeilijk om als belangeloze, onpartijdige bemiddelaar gezien te worden. Als je als bewoner ineens met een gemeenteraadslid in je huis zit, dan is de kans namelijk aanwezig dat je dit raadslid niet meer als bemiddelaar kan ervaren. Reden voor Maarten om te stoppen als bemiddelaar.

In zijn bestuurlijke functie vertegenwoordigt Maarten de overheid. Soms sta je boven de partijen in een conflictsituatie. Dan is een bemiddelende rol mogelijk. Mensen zelf laten beslissen is dan het uitgangspunt. De overheid kan namelijk niet elk en ieders probleem oplossen. Wel kan de overheid burgers bijstaan met de middelen die ze heeft.

En hoe ziet Maarten de toekomst van Beterburen buurtbemiddeling? Direct antwoordt Maarten: Meer van dit. Beterburen heeft een fantastische staat van dienst opgebouwd. Hij zal zich blijven inzetten voor buurtbemiddeling in zijn stadsdeel en in heel Amsterdam.